Dier van de week
De hazelworm is een opvallende verschijning in De Kennemerduinen, aangezien hij met name in het midden en zuiden van ons land voorkomt op zand- en lössgronden. De belangrijkste leefgebieden zijn Zuid-Limburg, de Veluwe en de Utrechtse Heuvelrug. De algemene opvatting is dat de hazelworm rond 1900 in de duinen is uitgezet. Deze pootloze hagedis, die vaak wordt aangezien voor een slang, doet het goed in onze duinen, waar een vitale populatie voorkomt.
De hazelworm is koperkleurig bruin en kan tot 50 cm lang worden. Hij leeft op de bodem tussen bladeren en takken. Met zijn tong, die net als bij slangen frequent uit zijn bek flitst, pikt hij geuren op. Hij eet graag regenwormen, naaktslakken, spinnen en insecten. Hij is ook kannibalistisch: hij eet kleinere soortgenoten. Dit komt bij andere soorten hagedissen ook voor.
De hazelworm reptiel is eierlevendbarend: de jongen bevinden zich bij de geboorte in een dun vlies, maar gaan direct hun eigen weg. Hazelwormen krijgen na een dracht van drie maanden 5 tot 25 jongen. Hazelwormen houden een winterslaap.
De hazelworm blijft zijn hele leven vervellen, waarbij hij steeds iets langer wordt. Het dier kan erg oud worden, tot wel 30 jaar. In de dierentuin van Kopenhagen is vorige eeuw een hazelworm zelfs 54 jaar oud geworden! In de vrije natuur bereiken de dieren dit soort leeftijden meestal niet, doordat ze worden opgegeten of ziek worden. In het wild worden ze gemiddeld 10-15 jaar oud.
Wanneer een hazelworm wordt aangevallen, kan hij een deel van zijn staart afwerpen. De afgeworpen staart kronkelt dan nog even en leidt zo de aanvaller af, waardoor de hazelworm kan ontsnappen. De afgeworpen staart groeit weer aan, maar nooit tot de oorspronkelijke lengte. Een andere vorm van afweer is dat de hazelworm wanneer hij wordt opgepakt zijn darminhoud over de aanvaller kan laten lopen. Het dier kan ook bijten, maar niet krachtig.
De hazelworm komt voor in grote delen van Europa, van zeeniveau tot op grote hoogte (tot wel 2400 meter). In Nederland is de hazelworm vrij zeldzaam, maar niet bedreigd. Het is een beschermde soort, die niet mag worden gevangen of gehouden.
Hazelwormen eindigen regelmatig als verkeersslachtoffer, doordat ze op zonnige, warme wegen en paden gaan liggen om op te warmen.
De naam van deze hagedis verwijst waarschijnlijk naar zijn hazelbruine kleur. Het kan ook zijn dat de naam afkomstig is van het feit dat het dier vaak onder hazelaars werd aangetroffen.