Dier van de week
De kleine wintervlinder is waarneembaar van oktober tot midden december. In zachte winters zelfs nog tot in januari. Het is een nachtvlinder. Je treft hem vaak aan op verlichte vensters, vooral in de buurt van bos en struweel. Hij overwintert als ei op een takje of in een spleetje dichtbij een bladknop. Het is de kleinste van alle wintervlinders, met een spanwijdte van 13-16 mm.
De rups eet bladeren van bomen en ook jonge vruchten van fruitbomen.
De kleine wintervlinder is een algemene soort, die in heel Nederland voorkomt. Je treft hem in heel Europa aan. In West-Canada en in het noorden van de Verenigde Staten komt hij ook voor.
In het Engels heet deze vlinder ‘Winter moth’. In het Duits is hij bekend als ‘Kleiner Frostspanner’.